Drijvende zonnepanelen
Drijvende zonnepanelen, proefproject op de Noordzee
Een aantal bedrijven gaan samen met kennisinstellingen de eerste drijvende zonnepanelen op zee bouwen. 15 kilometer uit de kust van Scheveningen gaan ze de komende drie jaar bezig met een proefproject met zonnepanelen op een oppervlakte van 500 vierkante meter.
Dit project krijgt steun van het ministerie Economische zaken en klimaat omdat dit vanuit meerdere oogpunten interessant is voor Nederland. De initiatiefnemers van het project zien een toekomst voor zich van “zonnefarms” tussen de windmolenparken op de Noordzee, zodat daar nog meer duurzame energie kan worden opgewekt.
Bovenstaande foto is van de drijvende zonnepanelen in Groningen. Sinds juni 2017 markeert deze plek de noordelijke stadsentree van de stad. Deze zonnepanelen hebben een hoger rendement dan gemiddeld. Het grootste verschil zit in de montage en het materiaal hiervan. Op water wordt een ‘drijvende float’ geplaatst die dient als vaste ondergrond. Ook voldoet het systeem aan strenge eisen, omdat dit nodig is vanwege de weersomstandigheden die op het water sterker kunnen zijn dan op het land. Ook door de koeling van het water wordt er een hoger rendement gehaald ten opzichte van een traditioneel systeem.
Volgens de resultaten van het onderzoek, zoals beschreven staat in het tijdschrift Progress in Photovoltaics: “Drijvende zonnepanelen op zee presteren jaarlijks gemiddeld bijna 13% beter dan panelen op het land. En in sommige maanden zelfs 18%. Het verschil zit in de lagere temperaturen op zee en minder bewolking.”. De onderzoekers berekenden de opbrengst voor zowel de situatie op zee als op land.
Voor- en nadelen
Drijvende zonnepanelen op zee hebben veel voordelen. Ze nemen geen schaarse ruimte op zee in beslag en op zee ligt de opbrengst zo’n 15% hoger dan op land. Dit komt doordat de zon op zee meer schijnt en het licht wordt gereflecteerd tussen wolken en water. Daarbij blijven de drijvende zonnepanelen door de temperatuur van het water koeler, waardoor het rendement beter is. Bovendien woont meer dan 50% van de wereldbevolking binnen 100 km van een kust.
Het aandeel in zonne-energie in de elektriciteitsproductie neemt snel toe. In 2018 was zonne-energie nog goed voor 2,4%. Voor 2025 is voorspeld dat dit een aandeel van 22% wordt. Maar bij de aanleg van zonneparken stuit je al snel op beperkte beschikbaarheid van grond en schade op de natuur. Al deze nadelen spelen op zee niet mee.
Echter heeft de zee ook haar nadelen. In de vorm van golven, harde wind, en het ontbreken van een vaste grond. Maar dat zijn problemen waar de Nederlandse offshore-industrie oplossingen voor heeft; Zo ‘vertrok’ enkele jaren geleden een park van drijvende zonnepanelen in een storm richting de vaste wal. Dit park in Nij Beets was nog aan zijn tijdelijke verankering vastgezet en zou elk moment op zijn vaste verankering geplaats worden. RTL maakte hier een kort verslag van.
Proefproject drijvende zonnepanelen
In dit project nemen deel: Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN), TNO, Maritiem Research Instituut Nederland (MARIN), de Universiteit Utrecht en energiebedrijf TAQA uit de Verenigde Arabische Emiraten. Initiatiefnemer is het bedrijf Oceans of Energy uit Leiden. Directeur Allard van Hoeken van Oceans of Energy zegt “Wat wij hier gaan neerzetten is bijzonder en nooit eerder gedaan. Zonnefarms werden al op binnenwateren gelegd, maar op zee is dat niet eerder gebeurd.”.
De computersimulatie van de zonnepanelen op zee is bijzonder omdat er überhaupt weinig experimenteel en theoretisch materiaal is over drijvende zonnepanelen. “Voor het onderzoek construeerden we een computermodel van 12 drijvende panelen. Als tweede fase in dit project gaan we onderzoeken hoe een testopstelling op zee in de praktijk presteert en of de omstandigheden een rol spelen. Dit alles voeren we uit in samenwerking met Oceans of Energy, een Nederlands bedrijf dat sinds november vorig jaar succesvol op zee opereert. De opbrengstresultaten van Oceans of Energy zullen worden vergeleken met de uitkomsten van ons computermodel,”, aldus hoogleraar Wilfried van Sark, een betrokken onderzoeker.
Het proefproject met zonnepanelen op zee gaat 2 miljoen euro kosten. Hier zit een subsidie van 1,4 miljoen bij in van het ministerie. Behalve concrete belangstelling van het bedrijf TAQA, is er ook interesse vanuit Zuidoost-Azië. Het concept is volgens de bedenkers ideaal voor eilanden en afgelegen plekken wereldwijd. Het geld voor deze studie komt uit het topsectorenbeleid van de overheid TKI Urban Energy. Dit deel van het topsectorenbeleid heeft inmiddels ruim 450 innovatieve projecten opgezet op het gebied van zonne-energie, besparing van CO2 en slimme ICT oplossingen. Uiteindelijk met het doel om in 2050 een CO2 vrije gebouwde omgeving te realiseren.
Bronnen: Drijvende zonnepanelen op zee: meer opbrengst, beter voor het landschap – Nieuws – Universiteit Utrecht . Voor meer informatie over drijvende zonnepanelen zie ook de website van TNO
Drijvende zonnepanelen park
Bij de biomassa- en steenkolencentrale Amercentrale in Geertruidenberg worden drijvende zonnepanelen geïnstalleerd. Beter nog: er wordt een drijvend zonnepark geïnstalleerd.
Het dak van de Amercentrale is enkele jaren geleden al voorzien van ruim 2.000 zonnepanelen. Nu komt er een complete drijvende zonneweide van 6,1 megawattpiek. Daarnaast is de Amercentrale ook begonnen met de bouw van een zonnepark van 2,3 megawattpiek, dit park wordt wel grondgebonden.
Naar verwachting wordt de bouw van de drijvende zonnepanelen begin augustus 2021 gestart, waarna het drijvende zonnepark aan het eind van het jaar 2021 kan worden gebruikt. De bouw van de grondgebonden zonnepanelen wordt naar verwachting in gebruik genomen vanaf eind augustus. De stroom die door het zonnepark zal worden opgewekt is gelijk aan het jaarlijkse elektriciteitsgebruik van ongeveer 2.300 Nederlandse gezinnen.
‘Ons eerste drijvende zonneproject toont onze blijvende betrokkenheid om bij te dragen aan de energietransitie met innovatieve technologieën en een duurzame energievoorziening. Als bedrijf dragen we ook bij aan waterstofontwikkelingen via de projecten NortH2, Eemshydrogen en FUREC. Beide nieuwe pv-projecten laten zien dat we conventionele productielocaties kunnen omvormen tot locaties met innovatieve oplossingen die bijdragen aan het verduurzamen van het elektriciteitssysteem.’ Aldus Roger Miesen, Chief executive officer van RWE Generation en country chair voor Nederland.
Nederland is volgens de topman Rogier Miesen een van de strategische markten van RWE en het bedrijf wil blijven bijdragen aan de groei van hernieuwbare energie. Het bedrijf breidt zijn Nederlandse portfolio uit met een zonnepark en vier nieuwe windparken.